"Het zijn leuke wedstrijden om te fluiten"

Tijdens het toernooi om de Otten Cup is Bas Nijhuis één van de scheidsrechters. Hij is klaar voor het nieuwe seizoen en laat weten hoe hij tegen het gebruik van de videoscheidsrechter aankijkt.

Hoe bevalt het jou om op dit jeugdtoernooi de eerste ‘echte’ meters te maken?
Dat bevalt goed. Ik vind dat je beter in zulke wedstrijden weer je meters kunt maken dan alleen maar in trainingen. Vooral als er net als hier publiek bij is. Het niveau is ook goed, het zijn leuke wedstrijden om te fluiten.



Zitten er grote verschillen tussen deze wedstrijden en wedstrijden in de eredivisie?
Je ziet wel dat sommige jongens met momenten nog wat onervaren zijn, bijvoorbeeld in het aangaan van de duels. Er is wel veel acceptatie van de spelers, dat is prettig. Dat is misschien omdat ze me ook kennen, maar ook bij de andere spelers is dat het geval. Er lopen ook aardig wat talenten tussen, dat is mooi om te zien.

Bij dit toernooi wordt ook gewerkt met de al veel besproken videoscheidsrechter.
Ik ben één van de laatsten die er mee is gestart, dat is ook één van de redenen dat ik op dit toernooi ben zodat ik hier zoveel mogelijk ervaring op kan doen.

In het begin was ik wat sceptisch, ik was bang dat ze teveel aan mijn gezag zouden komen of mijn manier van fluiten wilden veranderen. Ik ben een scheidsrechter die vrij veel door laat spelen, dus daar was ik wel wat bang voor. Nu heb ik het meegemaakt en in 95% van de gevallen kun je het gewoon hetzelfde doen als normaal. Alleen op specifieke momenten, bij een doelpunt of een rode kaart, wordt de hulp ingeroepen.

Je moet nu af en toe wachten op het veld, maar door spelers en begeleiding wordt er prima op gereageerd. Net was er bijvoorbeeld met Mark van Bommel nog een situatie, waarin een PSV-speler op de grond lag. Later kreeg ik van de videoscheidsrechter te horen dat er niks aan de hand was en dit heb ik gecommuniceerd. Dat wordt dan meteen geaccepteerd. Het is in zo’n gevallen wel lekker voor een scheidsrechter om meteen te weten dat het oké is wat je hebt besloten.

Komend seizoen gaat deze techniek tijdens de Johan Cruijff Schaal en bekerwedstrijden toegepast worden en vanaf het seizoen daarna op grotere schaal. Ik denk dat deze opbouw wel goed is, want je moet er ook ervaring mee op doen. Om een voorbeeld te geven: normaal gesproken fluit je bij een buitenspelsituatie in de 16 vrijwel altijd meteen af. Nu laat je echter doorspelen, omdat je hem altijd naderhand nog af kunt keuren. Dat zijn wel dingen waar je even aan moet wennen.